Het verschil tussen beleggen en je verzekeren tegen ziektekosten

Dit wordt een heel weinig opzienbarend stukje. Want wat ik ga schrijven kan iedereen zelf bedenken. Hooguit is het opzienbarend dat wat ik ga schrijven erg weinig tot uitdrukking komt in het Nederlandse volksgezondheidsbeleid. Want dat doet alsof jezelf verzekeren tegen ziektekosten net zoiets is als je geld beleggen. Terwijl er toch enkele niet onbelangrijke verschillen zijn.

Wie geld over heeft, kan dat beleggen. Dit is het eerste verschil met ziektekostenverzekeringen. Je sluit die namelijk niet af omdat je geld over hebt. Een subtiel verschil misschien, maar wel met grote gevolgen.

Beleggen kun je slim en stom doen. Net als jezelf verzekeren tegen ziektekosten. Bij beleggen heb je goede en slechte adviseurs en tussenpersonen, te goeder trouw of niet. Je kunt deze uitschakelen door jezelf goed op de hoogte te stellen, geholpen door veel soorten programma’s. Wat zijn gezonde bedrijven en bedrijfstakken, en wat ongezonde? Wat zijn de trends? Omdat je jezelf zo goed op de hoogte kunt stellen, heeft men in het algemeen geen boodschap aan mensen die het schip in gaan met foutieve beleggingen. In de val gelopen met een te mooie prospectus? Eigen schuld, dikke bult. Zeker als het verlies komt door het nemen van teveel risico.

Dat ligt wezenlijk anders bij foutieve keuzes bij ziektekostenverzekeringen. Voor een groot deel zijn gezondheidsrisico’s onbekend. Een geruïneerd gebit door een ongelukkige val, wie kan dat voorzien, al wordt men geholpen door de beste adviseurs en programma’s? Langdurige fysiotherapie door een ongeval? En toch krijg je in het Nederlandse systeem van verzekeren niets als je de verkeerde keus hebt gemaakt. Tandarts en fysiotherapeut vallen niet in het basispakket. Vanwege de onmogelijkheid om zulke risico’s te overzien kan hier ‘eigen schuld, dikke bult’ niet gelden.

We kunnen ook kijken naar de gevolgen. Mensen met lage inkomens zullen vaak alleen een basisverzekering afsluiten. Zij lopen dus de grootste risico’s. Stel dat zij door een ongeval blijven zitten met een restschuld van € 20.000, niet ondenkbaar. Ik denk dat veel beleidsmakers dit een aanvaardbaar risico van hun beleid zullen vinden. Maar de betekenis van die € 20.000 moeten we aflezen uit een vergelijking met het vrij besteedbare inkomen, het inkomen nadat alle noodzakelijke uitgaven (zoals huur, energie, eten, TV, telefoon) zijn gedaan. Stel dat mensen met een bijstandsuitkering een vrij besteedbaar inkomen hebben van € 500 per jaar, dan zullen zij er 40 jaar over doen om deze schuld in te lopen. Gemiddelde beleidsmakers met een inkomen van anderhalf modaal (€ 52.000) en een vrij besteedbaar inkomen van € 15.000 zouden zich, om zich een voorstelling te maken van hetzelfde risico, moeten indenken dat zij tegen een restschuld aankijken van zes ton; hun directeur met een inkomen van tweemaal modaal zou eerder twee miljoen in gedachten moeten nemen. Zouden zij nog even onbekommerd beleid maken als zij zulke risico’s zouden lopen? Of misschien kunnen zij zich beter inleven in zzp’ers. Nu, die lopen dezelfde risico’s. Zeker als zij na een ongeval hun beroep niet meer kunnen uitoefenen – dan komen ook zij in de bijstand.

‘Beleggen is avontuur, verzekeren is angst.’ Ja, maar niet als de armoedeval wijd open staat.